Cordaan - Zwartboek
Verpleeghuis de Buitenhof - 1.
Onvrede en frustraties bij het personeel van Cordaan
"Willen we daar iets aan gaan doen, dan moeten we toch echt bij onszelf beginnen en beginnen met klagen, eventueel georganiseerd!"
Een ander Cordaan - reageer en teken het Manifest!
Vakbond abvakabo fnv
Onvrede en frustraties bij cliënten van Cordaan (+ hun dierbaren)
"Willen we daar iets aan gaan doen, dan moeten we toch echt bij onszelf beginnen en beginnen met klagen, eventueel georganiseerd!"
Een ander Cordaan - reageer en teken het Manifest!
Sluit u aan bij de 'Dwaze Kinderen' !
Verpleeghuis de BUITENHOF
1.
Ingezonden stuk
Tekst: Hanneke
Mijn oom en tante hebben allebei zo’n twee jaar op een gesloten afdeling van de Buitenhof gezeten.
Mijn tante had vergevorderde Alzheimer, mijn oom vasculaire dementie, maar hij was nog goed aanspreekbaar.
Ik kwam er een paar keer per week en heb in de loop van de tijd veel gezien dat ik niet voor mogelijk had gehouden. Omdat ik iets wilde bijdragen aan een betere behandeling ben ik in de Familieraad gegaan en als voorzitter daarvan zat ik ook in de Cliëntenraad. Zo heb ik van veel verschillende kanten een inkijkje gehad in de dagelijkse gang van zaken die zo tegengesteld was aan de zalvende woorden die ik tijdens vergaderingen van de directie hoorde.
Toen mijn tante was overleden ben ik gestopt met de werkzaamheden in de diverse raden. Ter gelegenheid daarvan hield ik een toespraakje in de Cliëntenraad. Dat staat hieronder.
Het is misschien een beetje onsamenhangend voor iemand die de voorgeschiedenis niet kent en er is heel veel meer te zeggen over wat er allemaal in die tijd gebeurd is, maar het geeft een goed doorkijkje in drie jaar vechten tegen de bierkaai.
Mijn oom (afd. de Kade)
Toen mijn oom in de Buitenhof kwam kreeg hij meteen een luier aan. Niet dat hij incontinent was, nee, dat was standaard. Makkelijker voor de verpleging.
Daar stond ik met mijn hele verpleegtehuisuitzet van 20 kakelverse onderbroeken.
De nieuwe bewoners kon je altijd herkennen aan het feit dat ze iedereen aanklampten om naar de wc gebracht te worden. Een meestal vergeefse wanhoopskreet die na enkele weken wegstierf als de nieuwe bewoner zich in zijn lot geschikt had en het in zijn luier deed.
Mijn oom was een waardige oude heer die er niet over piekerde in zijn broek te plassen, dus had hij het moeilijk. Hij werkte zich ‘s nachts op de rand van zijn bed om over de rand te plassen. Daarbij viel hij regelmatig uit bed en verwondde zichzelf.
In het weekend bleef de urine twee dagen liggen omdat niemand dan schoonmaakt. De penetrante ammoniakgeur in dat kleine benauwde kamertje waar de ramen altijd op slot zaten is iets wat me eeuwig bij zal blijven. Mijn ogen gingen ervan tranen, zo scherp was die lucht.
Mirjam van A. maakte mij voor een hele vergadering uit voor leugenaar toen ik het incontinent maken van bewoners aan de orde stelde. Dat was niet het beleid dus was het ook niet zo.
Veel later hoorde ik van Ria v. H. dat ze het uitgezocht hadden en dat dit inderdaad de praktijk op de Laagbouw was. Als direct leidinggevende had zij daar niets van geweten. Misschien is dát nog wel zorgelijker. Een excuus kreeg ik niet, maar wel de toezegging dat dit niet meer automatisch zou gebeuren. • Het gebeurt nog steeds...
• En in de Cliëntenraad wordt taart gegeten omdat de Buitenhof gecertificeerd is of zoiets. Nu is het officieel een heel goede instelling volgens de keurders. Zijn ze ooit op een afdeling geweest?
• Er is een triomfantelijke extra uitgave van het huisblaadje n.a.v. de certificering. Hoera.
Wat later vond ik mijn oom met een slap been waar hij geen controle meer over had. Het kostte nog heel wat moeite een arts te spreken te krijgen, want volgens de verzorging had oom altijd toch al een slap been?
De arts bevestigde een beroerte en… dat was dat.
Daarna had mijn oom moeite om van de stoel in de rolstoel te komen en op den duur lukte het mij niet meer om hem er alleen in te helpen. Dus moest ik hulp vragen, iets waar ik elke keer tegenop zag, vanwege de boze blikken en het eindeloos wachten dat daarmee gepaard ging.
Een verzorgende ontkende botweg dat mijn oom hulp nodig had, hij was volgens haar alleen lui. Ze greep hem beet en beval hem op een toon waarop je een lastige hond terechtwijst, om in de rolstoel te gaan zitten. Aanschouwelijk onderwijs leek mij hier de beste oplossing en ik greep dan ook niet in. Mijn oom kon niet blijven staan en trok in zijn val de struise vrouw met zich mee. Gelukkig belandde mijn oom bovenop, waarna ze mij begon uit te kafferen omdat ik niet geholpen had.
Bevend van vernedering omdat hij, die nooit om hulp vroeg en nooit klaagde, lui werd genoemd, schudde mijn oom zijn vuist. Ik heb hem maar gauw meegenomen voordat hij wegens agressie onder de medicijnen gezet werd.
Als er bezoek kwam en hij zijn eten nog niet op had, moest het bezoek weg tot hij zijn bordje leeg had gegeten. Niet kwaad bedoeld overigens, hij at te weinig, maar dit is niet zoals je als volwassen man graag behandeld wordt.
• Een paar meter lager, bij de Cliëntenraad mag ik het niet over oudjes hebben, want dat is denigrerend - foei!
Donderdag 1 november kwam ik op de Kade, mijn oom lag in zijn bed in de huiskamer. Zijn ogen waren weggedraaid, hij zag me niet meer, zweette hevig, had flinke koorts en kreeg nauwelijks lucht. Hij was duidelijk uitgedroogd en in mijn idee stervende.
Tegen alle afspraken in was ik niet gewaarschuwd.
Nadat ik hem daar had weggehaald (de tv stond keihard op TellSell, rammelende karren overal, wie komt er op het idee om daar een stervende man bij te leggen?) heb ik hem voorzichtig te drinken gegeven. Hij kwam een beetje bij en zei “dorst, water”.
Daarna ben ik naar de hoofdverzorgende gegaan om te vragen wat er aan de hand was.
Ze dacht een urineweginfectie, maar dat kon niet gediagnosticeerd worden, want er kon geen urine opgevangen worden. Omdat hij niet geplast had. Dat leek me niet zo raar. Ik vroeg of ze hem wel te drinken gaven, omdat hij nogal uitgedroogd leek.
Volgens haar wilde hij niet drinken en had hij genoeg van het leven. Dat leek me een voorbarige conclusie, aangezien hij bij mij een glasvol gedronken had en onder alle omstandigheden altijd beweerde dat hij nog lang niet dood wilde. Hij had 39 graden koorts en dat lijkt me geen symptoom van “niet meer willen”.
De verzorgende reageerde op mijn opmerking dat hij net een glas water had gedronken met: “Dan zullen wij het wel weer verkeerd doen, hè?”.
Toen wij de dag na mijn oom’s dood terugkwamen om zijn spullen op te halen stonden ze bij de vuilnis. In de kast hingen de kleren van een nieuwe bewoner. De stropdas van het bedrijf waar hij zijn hele leven gewerkt had lag op de grond, bevuild met schoenafdrukken.
• Voor de Cliëntenraad lees ik een rapport over efficiency en het verhogen van de productie.
Juist ja. Natuurlijk is het niet efficiënt om ook maar een dag een kamer leeg te laten staan…
Mijn tante (afd. de Gracht)
Mijn tante was in een vorig verpleegtehuis al incontinent gemaakt, dus dat gaf geen problemen op de Gracht. Ze kreeg zoals zoveel bewoners antipsychotica en zoals zoveel bewoners die antipsychotica krijgen viel ze en brak haar heup. Er zijn lijvige rapporten verschenen over het verband tussen die twee zaken en ook over het feit dat die medicijnen voor Alzheimerpatiënten niet werken en veel schade veroorzaken, maar dat is een ander verhaal.
Toen zij eenmaal in een rolstoel zat (er wordt niet veel moeite gedaan om demente mensen weer mobiel te krijgen, ze worden een paar weken vastgezet met een klapblad voor hun rolstoel en daarna worden ze nooit meer mobiel) ging ze hard achteruit.
Na een half jaar zat ze eigenlijk voornamelijk te slapen. Alleen als wij kwamen zat er nog wat leven in.
Pas toen de arts besloot de antipsychotica stop te zetten begreep ik dat het niet de voortschrijdende dementie was die dit veroorzaakt had.
Ze kwam weer tot leven, genoot van muziek en bezoek, zag de dingen om haar heen weer en zocht contact met andere mensen. Een ware Awakening.
De EVV-er ¹) die mijn tante toegewezen was, was minder tevreden met deze verandering, want tante werd lastiger met aankleden. Zij deed pogingen om weer antipsychotica voorgeschreven te krijgen en toen dat niet lukte maakte ze de arts wijs dat mijn tante zo moe was dat het beter was als ze een dag per week in bed zou blijven.
Ik ging met mijn tante naar de arts en ze kletste haar de oren van de kop, ging hand in hand met haar zitten en zwaaide naar iedereen. De arts moest noodgedwongen toegeven dat er geen enkele aanleiding was om te denken dat mijn tante toe was aan een dag in bed en dat de EVV-er waarschijnlijk aan haar eigen rust had gedacht.
Ik had een vijand gemaakt. En dat heb we geweten, mijn tante en ik.
Een paar maanden later kreeg mijn tante hevige pijn en raakte daarbij onhandelbaar. Er werd geen serieus onderzoek naar de oorzaak van de pijn gedaan, wat pijnstillers moesten het doen. Wel werd Dormicum ingezet tegen de lastigheid van mijn tante die veroorzaakt werd door haar pijn. Ik trof haar een keer aan terwijl ze volledig onder narcose leek. Ik heb er een uur naast gezeten en in die tijd had ze nog geen ooghaar bewogen.
Ik moest haar pols voelen om zeker te weten dat ze nog leefde.
Ik ben gaan uitzoeken wat die Dormicum voor iets was en het blijkt een middel te zijn dat als pre-narcose dient of bij kijkoperaties wordt gebruikt, waarna de patiënt een dag in het ziekenhuis moet blijven. Volgens een ex-verpleeghuisarts is het verboden bij Alzheimerpatiënten.
De maximale dosis bij patiënten van boven de 60 is bij mijn tantes gewicht 3,7 mg.
De arts had een injectie van 5 mg voorgeschreven die tot 6 maal per dag gegeven mocht worden. 30mg dus. Ik heb inmiddels 6 artsen gesproken die allemaal van mening zijn dat die hoeveelheid bijna zeker tot de dood had geleid, zou zij die gekregen hebben. In de praktijk gebeurde dat niet omdat zij van één dosis al uren buiten bewustzijn was.
Ik heb de Landelijke Vereniging van Apothekers aangeschreven met de vraag wat zij van deze indicatie en hoeveelheid denken. Zij schrijven:
“Wat u vertelt vind ik geen goede gang van zaken.
Normaal gesproken wordt Dormicum voorgeschreven wel voor onrust maar dan alleen als palliatieve sedatie bij terminale patiënten.
Ik zou contact met de arts van mevrouw opnemen want dit is niet een juiste indicatie en dit is ook niet de bedoeling.”
Nadat tante dit middel gedurende drie weken een aantal keer toegediend had gekregen, weigerde ze alle eten en drinken. Alleen geforceerd kreeg zij nog wat binnen. Het was duidelijk dat ze dood zou gaan
Er wordt iedereen bij binnenkomst verzekerd dat een bewoner in de laatste fase niet hoeft te lijden. Mijn tante heeft verschrikkelijk geleden en moest het wat betreft pijnstilling tot de laatste dag doen met paracetamol. Zowel bij haar als bij mijn oom was het onmogelijk om ‘s nachts iemand te bereiken die kon beslissen over aanpassing van medicatie, ook al stond bij beiden op de medicatielijst dat meer of andere medicatie gegeven kon worden als de patiënt oncomfortabel werd.
Nog een puntje:
Mijn tante kreeg Haldol voorgeschreven voor een vermeend delier. Ik heb er de hele nacht naast gezeten en na die Haldol verergerde haar toestand dramatisch, ze hallucineerde duidelijk in tegenstelling tot daarvoor, ze was angstig en lag te gillen. Dat heeft een hele nacht geduurd, 's morgens werd het minder. Ik trok daaruit de conclusie dat ze niet goed reageerde op de Haldol en vertelde de EVV-er die met een nieuwe spuit aankwam dat ik wilde wachten tot de arts geweest was voor ik toestemming gaf een nieuwe dosis te geven. De verzorgende begon vervolgens over het bed van mijn tante heen tegen me te schreeuwen en te krijsen.
Later op de dag, toen ik na heel veel moeite eindelijk een arts sprak, die inmiddels had toegegeven dat de Haldol niet deed wat het behoorde te doen en besloten in deze laatste fase met Dormicum te starten, werd mij door de verzorging toch nog toegevoegd dat als ik mij nogmaals zou verzetten tegen toediening van medicatie, dat ik dan door de politie verwijderd zou worden.
Ik was totaal verbijsterd. Het zou op zichzelf interessant zijn om te zien of de politie inderdaad de wettelijke vertegenwoordiger van het bed van een stervende patiënt zou wegrukken om het simpele feit dat ze een arts wilde spreken voor ze toestemming gaf voor een medicijn. Op dat moment was ik te verpletterd door alle consternatie en wilde gewoon normaal afscheid kunnen nemen van mijn tante.
En nee, ik heb niet gescholden, niet met een mes gezwaaid of anderszins bedreigend gedrag vertoond, alleen naar beste weten in het belang van mijn tante gehandeld omdat ze onnodig en hevig leed. Zij stierf kort daarna.
• Maanden later, toen ik na veel weigeringen en na dreiging van een rechtszaak eindelijk het dossier van mijn tante ter inzage kreeg, begon ik wat dingen te begrijpen... In het verslag van de EVV-er stond dat ik had gedreigd haar de spuit Haldol ‘in haar eigen reet te steken’ (een aanlokkelijke gedachte maar nooit gebeurd) en dat ik haar had verzocht ‘op te kankeren’. (ik heb het woord kanker in deze betekenis nog nooit gezien, laat staan dat ik het gebruikt heb).
Omdat zij en ik alleen in de kamer bij tante waren is het haar woord tegen het mijne.
Ik wilde het dossier hebben voor een uitzending van Netwerk over het geval van mijn tante. Een paar dagen voor de uitzending hoorde de directeur daarvan. De uitzending kwam er niet. Ik neem aan dat ze de leugen hebben gebruikt om me in diskrediet te brengen bij de programmamakers. Het was niet de eerste leugen van de EVV-er die ik ben tegengekomen, maar voor mij was dit toch wel erg schokkend. Ik beschouw mezelf niet als naïef, ik was inmiddels gewend aan verdraaiingen, goedpraten van zaken die niet goedgepraat kunnen worden, loze beloften - maar zo’n directe botte leugen gaat verder dan ik verwacht zou hebben. ²)
Nadat mijn tante gestorven was kreeg ik van de Buitenhof een bosje bloemen als troost. Erg fijn, maar het leek me niet gepast het op de kist te leggen bij de andere bloemen.
Ik hoop dat de bewoners van de Dreef ervan hebben genoten.
¹) EVV-er = eerst verantwoordelijke verzorgende (voor één of meerdere bewoners),
ook genoemd PB'er = persoonlijk begeleider...
²) Gelijke ervaringen met andere Cordaanlocaties volgen binnenkort op deze website